Brassica oleracea
Zaaien: vanaf maart tot mei
Rij-plantafstand: 75 x 50 cm
Oogsten: vanaf november tot februari
Op 10 april zijn de spruiten gezaaid in perspotjes in de schuur van boerderij de Breemortel. Direct na opkomst zijn de perspotjes in de foliekas geplaatst. Op 11 mei zijn de planten op boerderij de Breemortel in de open lucht geplant. Van te voren zijn de planten beschermd voor allerlei beestjes, met een middel (Tracer) dat in de biologische teelt wordt gebruikt. De vogels vinden de jonge planten ook lekker. Om de planten te beschermen voor de vogels is er voor gekozen om de jonge planten te beschermen met een climadoek. Na ongeveer 2,5 week, toen de planten groot genoeg waren is het climadoek van de planten verwijderd.. Direct na het uitplanten op is het onkruid bestreden met een regulier gewasbeschermingsmiddel. Tussen de planten is een aantal keren het onkruid geschoffeld en geplukt.
Om de plant weerbaarder te maken voor beestjes (luizen en rupsen) zijn vanaf begin juli de planten om de 2 weken preventief bespoten met een speciaal kruiden extract Folisec. Folisec wordt opgenomen in de bodem en de omgeving van de wortels van de plant. Dankzij de aanwezige bio-stimulante en plantversterkende bestanddelen zullen planten en gewassen indirect een verhoogde weerbaarheid en vitaliteit ontwikkelen.
Langs de spruiten is een strook van 1,5 meter breed gezaaid met het mengsel Vital complex ( Gingellikruid, Alexandrijnse Klaver, Bladraap, Lupine, Facelia, Japanse Haver, Zomerwikke, gele mosterd, boekweit) De bedoeling is dat deze planten beestjes aantrekken en dat deze daardoor uit de spruiten blijven, Daarnaast komen in deze gewassen hopelijk extra lieveheersbeestjes, die graag luizen eten.
De Redarling spruiten worden met de hand van de stam geplukt.